Het Toonkunstkoor Heerenveen heeft op 10 november 2012 een spectaculaire uitvoering gegeven van de Carmina Burana, samen met het Oratoriumkoor COV Heerenveen, Roden Girl Choristers, de Brassband Pro Rege en solisten. Het concert werd geopend met het Te Deum van M.-A. Charpentier.
Solisten: Nienke Otten, sopraan
Netty Otter
Bart de Kegel, tenor
Martijn Sanders, bas
Fedde Tuinstra, orgel en vleugel
Hert concert werd gegeven in gebouw Trinitas, de nieuwe kerk- annex concertruimte op de plaats van de vroegere Europalaankerk, Coehoorn van Scheltingaweg 1.
De Grote Zaal heeft 800 stoelen. Deze uitvoering van de Carmina Burana was een eerste groot concert in dit opvallende, multifunctionele gebouw.
Recensie Friesch Dagblad
Sommige componisten danken hun roem aan slechts één werk; tot hen behoort Carl Orff. Hij schiep de Carmina Burana in 1936. In het stuk maakt Orff een verbinding tussen aan Stravinsky ontleende bruïtistische klanken en Middeleeuws taalgebruik.
De oorsprong
De verzen ('Carmina') zijn ontleend aan in het Beierse klooster van Benediktbeuern (Beuern = Burana) teruggevonden laat-middeleeuwse teksten in Latijn, Middelhoogduits en Oud-provençaals. De teksten bevatten verrassend genoeg geen mystieke verhandelingen of geestelijke verhevenheden, maar vormen een lofzang op de wereldse geneugten ‘Wein, Weib und Gesang’, vergezeld door een geheven wijsvinger richting rad van fortuin, dat het (nood)lot voor de mens naar willekeur bepaalt. Dit in sappig Latijn en Beiers dialect gezongen werk is een hommage aan de lente, aan kroegjool en de liefde. Het vormt een tegenhanger binnen de muziekcultuur voor de dominante religieus en mythologisch georiënteerde werken. Orff koos voor zijn compositie 24 liederen uit de meer dan 200 teruggevonden geschriften. Het 25e deel is gelijk aan het eerste, de cirkel is rond.
het Rad van Fortuin
met centraal: Vrouwe Fortuna
‘Fortuna Imperatrix Mundi’
De eerste uitvoeringen
De wereldpremière in Frankfurt (1937) is een sensationeel succes. De elementaire, hedonistische Carmina Burana geniet vanaf de eerste uitvoering grote populariteit bij een breed publiek. Er volgen uitvoeringen met tienduizenden bezoekers in München en Luzern. Het stuk wordt nog steeds wereldwijd uitgevoerd. De melodie van het openings- tevens slotkoor is talloze malen ‘geleend’ voor de meest uiteenlopende doelen, van popmuziek en films tot reclameboodschappen. Orff zal tevreden zijn over deze variant waarmee de ondertitel in praktijk wordt gebracht: ‘ …. atque imaginibus magicis’ betekent ‘te begeleiden door magische beelden’. Hij hielp de choreografen op weg door bij het stuk een 'lichtbeelden-programma' te schrijven.
Het heeft regisseurs en choreografen tot spectaculaire uitvoeringen geïnspireerd. In Brazilië trok een concert op de Copacabana meer dan 100.000 bezoekers.
Oude teksten, nieuwe muziek
Hoewel het werk tegenwoordig meestal wordt uitgevoerd als koorwerk met solisten en orkest, is de Carmina Burana oorspronkelijk een voor het toneel bedoelde ‘scènische cantate’, slechts begeleid door twee piano’s en slagwerk. Orff schreef een aanvullend lichtprogramma om het effect van schouwspel te verhogen.
Hij baseerde zoals opgemerkt zijn compositie op een reeks teruggevonden Middeleeuwse geschriften waarin katholiek mededogen is vermengd met de wereldse geneugten. Dat laatste element zet de toon, zoals blijkt uit de ondertitels van de drie delen na het openingskoor ‘Fortuna Imperatrix Mundi’ (Vrouwe Fortuna, ofwel het (nood)Lot, heerseres der wereld).
'Fortuna Rota Volvitur'
Het wentelend Rad bepaalt het Lot
Die ondertitels luiden:
deel I ‘Primo vere’ (lente) en ‘Ûf dem Anger' (in het veld)
deel II ‘In taberna’ (in de kroeg)
deel III ‘Cour d’amours’ (tuin der lusten) en ‘Blanziflor et Helena’
Orff en de Nazi's
Het werk van Carl Orff wordt niet geheel van nazismetten vrij geoordeeld. In opdracht van de nationaal-socialisten schreef hij muziek voor de opening van de Olympische spelen van 1936 in Berlijn. Nog controversiëler is zijn toneelmuziek bij Shakespeare’s Midsummernights’ Dream ter vervanging van de door de nazi’s entartet verklaarde muziek van de Jood Felix Mendelssohn. Tot Orffs verdediging is aan te voeren dat hij een a-politiek individu was die alleen voor zijn muziek leefde. Niettemin is hem naïveteit en opportunisme te verwijten; hij wist zeer goed waarom Mendelssohn’s werk door de nazi’s uitgebannen werd. Uitvoering van de muziek van Orff stuitte daardoor aanvankelijk bij velen op bezwaren. Nadat de Carmina Burana in de 60er jaren ook in Israël werd uitgevoerd, verstomde de kritiek.
Musicologische bijzonderheden
De muziekstijl van het werk grijpt terug op Stravinsky’s ‘Les noces’ en ‘Oedipus rex’. Die relatie wordt duidelijk in Orffs' gebruik van het koor en in de zeer percussieve orkestratie. Maar in tegenstelling tot Stravinsky maakt hij weinig gebruik van langgerekte melodieën, thematische ontwikkeling of polyfonie. Het is één en al ritme, getypeerd als neoprimitivisme. Stravinsky had het zelfs weinig vleiend over ‘Neo-neanderthal’. Deze ritmische vaart geeft Carmina Burana wel zijn karaktervolle wilde overgave, waardoor tekst en muziek suggestief op elkaar afgestemd zijn. Goed beschouwd liep Orff met de inzet van eindeloze herhalingen als structureel principe jaren vooruit op de composities van Cage en Harrison uit de V.S. Evenzeer geeft hij met dit werk een opmaat voor een stroming die zich pas ver na de oorlog manifesteerde: de minimal music.
Dit artikel is een compilatie van informatie op www.carminaburanalive.nl, Wikipedia en eigen research.